Waarvan ga jij aan? - Column DFT 16 januari
Een politieman wordt naar voren geroepen door de teamchef. Hij krijgt een dikke cadeaubon, omdat hij dit jaar opviel wegens uitzonderlijke inzet en prestaties. In plaats van trots en blij is de politieman boos en gefrustreerd. De komende weken wordt hij te kakken gezet door zijn teamgenoten, die hem een uitslover vinden. Deze politieman vindt teamgeest en vriendschap met collega's veel belangrijker dan persoonlijk opvallen.
Twee musici spelen al jaren samen in een orkest. Ze brengen elkaar tot grote hoogten en hebben tijdens de repetities onwijs veel lol en delen levenservaringen. Een van de dames stelt voor om samen naar een foodfestival te gaan. Ze heeft al kaartjes gekocht die ze enthousiast cadeau geeft. Verdrietig is ze als ze merkt dat haar muzikale partner het afwijst en eigenlijk niet zo'n prijs stelt op afspraken die geen muzikaal nut hebben en puur voor de lol zijn. Voor haar is de menselijke band het mooiste van het samen musiceren, voor de collega blijkt de prestatie de driver.
Een jonge talentvolle wethouder wil zich graag verder ontwikkelen en geeft zich op voor een intervisiegroep voor burgemeesters en wethouders. Als hij de deelnemerslijst ontvangt, baalt hij als een stekker en schrijft zich uit voor het traject. In zijn intervisiegroep zitten slechts wethouders van kleinere gemeenten dan die van hemzelf en geen enkele burgemeester. Hij wordt zich gewaar, dat zijn motivatie niet zozeer lag in het aanleren van vaardigheden, maar dat hij ook zijn netwerk wilde uitbreiden met mensen waar hij tegenop kan kijken.
Persoonlijkheidstestjes, diagnoselijstjes, kleurenscans. Ik ben er eigenlijk niet zo van. Snap nooit zo goed in welk hokje ik pas. Maar deze simpele indeling in motivatoren van mensen laat me niet meer los. Als je het eenmaal ziet, kan je het ook niet meer níet zien in werk en in sociale relaties.
De indeling komt van David McClelland en is een oudje uit 1961. Hij onderscheidt drie motivatoren: een behoefte aan prestaties, aan verbinding en aan macht. Elk mens heeft behoefte aan alle drie, maar bij de meeste mensen is een van de motivatoren dominant zichtbaar, hoewel levensfase en omstandigheden kunnen maken dat je daarin verandert en een andere motivator dominanter wordt. Als je bijvoorbeeld als veel hebt bereikt, kan je na je 50ste opeens meer behoefte aan verbinding krijgen en het kan zijn dat je op je werk iets anders laat domineren dan privé.
Voor leidinggevenden belangrijke informatie. Want als je een presteerder aanmoedigt om meer samen te werken, kan dat averechts werken, omdat hij of zij liever individueel glanst. En als je een duo dat mooie resultaten bereikt uit elkaar trekt zodat ze ook andere medewerkers kunnen inwerken, heb je kans dat je twee ongemotiveerde dode hondjes overhoudt, omdat juist de collegialiteit hen dreef.
Prestatiemensen willen duidelijke doelen en projecten. Ze nemen veel risico om steeds op een hoger plan te komen. Ze werken liever alleen dan in een team, tenzij ze kunnen optrekken met iemand met dezelfde intelligentie of vakmanschap, drive en inzet. Presteerders willen regelmatig en scherpe feedback op hun functioneren. Het zijn high-achievers, die ten diepste ook onzeker zijn en diep kunnen vallen als ze falen.
Verbinders werken graag samen in een groep en vinden het belangrijk om tijd voor ontspanning te hebben; koffiemomenten en teambuildingsdagen. Ze trekken ook na werktijd samen op. Voor verbinders is aardig gevonden worden en bij de groep horen van levensbelang. Als verbinders in een competitieve situatie gedreven worden, gaan ze als een nachtkaarsje uit. Risico's nemen ze alleen als ze zeker weten dat ze worden opgevangen door de groep als het mis gaat.
Macht of invloedsmensen gaan aan als ze controle en invloed op een situatie, project of mensen hebben. Ze winnen op argumenten en vinden status en erkenning belangrijk. Ze raken gemotiveerd door aandacht van pers of een hoger echelon in de organisatie. Ze zijn competitief en gaan relaties aan met mensen die net een stapje verder zijn dan zij zelf, hoewel ze bereid zijn anderen te helpen hun netwerk uit te breiden vanuit de gedachte: Noblesse Oblige.
Wil je dat iemand in je omgeving aan gaat? Spreek hem of haar dan aan op de motiverende factoren die het beste passen. En in vriendschap en persoonlijke relaties; als je wrevel of teleurstelling voelt, check dan of jullie eigenlijk wel dezelfde drive hebben als onderlegger voor het contact.