Er zijn wél domme vragen - Column DFT 2 mei
Geen domme vragen
'Er zijn geen domme vragen', roepen docenten en met name bedrijfstrainers met een hoog cup-a-soup-vier-uurtjes enthousiasme om actieve participatie te bewerkstelligen.
Je wilt geen antwoord
Nou, die zijn er dus wél. Vragen hebben doel om informatie te vragen (welke filosofen zijn er nog meer die iets over oorlog vertellen?), een relationeel gesprek te starten (hoe was je weekend?), te begrijpen waarom iemand een bepaald standpunt heeft (wat maakt dat jij je gekwetst voelt door deze opmerking?), praktisch op te lijnen (hoe laat vertrekt onze bus?). In zuivere communicatie is de vraagsteller oprecht geïnteresseerd in het antwoord.
Verwarrende communicatie
Verwarrende vragen zijn vragen die je stelt, terwijl je niet zit te wachten op het antwoord. Je hebt ze in soorten en maten. Soms onbedoeld onhandig, soms vilein en saboterend.
De disvraag
Doel van de disvraag is om een 'fout' antwoord te ontlokken en dan te dissen, te cancelen, terecht te wijzen. Geliefd bij activisten en ideologisch bevlogenen. Veelvoorkomend op twitter. Pijl en boog in de aanslag en vragen maar. Ik had er laatst een te pakken. In een presentatie waarbij ik de symboliek van totems gebruikte als metafoor, vroeg iemand liefjes waarom ik 'totem' gebruikte. Ik vertelde vol antropologisch vuur wat ik zo mooi vind aan totems overal op de wereld. Waarop mijn vraagsteller lieftallig glimlachend uitlegde dat het gebruik van totem culturele toe-eigening was van native american cultuurgoed en daarom erg fout was. Het recept tegen disvragen is om ze niet te beantwoorden, maar te zeggen 'je stelt een vraag, maar klopt het dat je eigenlijk graag je standpunt wilt delen? Dan vraag ik je om dat liever te doen'.
De nooit genoeg vraag
Of je Kaag nu credits wil geven of liefst ziet opstappen; het vragenvuur van een groepje journalisten was geen voorbeeld van zuivere vragen. Op een vraag krijg je een antwoord. Nu is doorvragen en pleisters aftrekken de kerntaak van de journalist, maar op een gegeven moment is het genoeg. Als een vragenvuur de vorm aanneemt van een kruisverhoor, ben je niet meer nieuwsgierig naar het antwoord, maar poog je met verbale marteling de ander op de knieën te dwingen. Ik had een collega wiens dochter elk uur belde, omdat ze graag een paard wilde. Het nee-antwoord was duidelijk, maar dochterlief bleef mams stalken. Recept tegen nooit-genoeg vragen is om de vraagsteller te vragen welk antwoord hij of zij graag zou willen horen en dan te zeggen 'dan moet ik u helaas teleurstellen'.
De onbeholpen vraag
Minder gemeen maar gewoon onhandig is de 'hoe gaat het met je' vraag. Shit, sta je in de Albert Heijn, zie je je buurvrouw van 15 jaar geleden, stel je de hoe-gaat-het-met-je vraag en begint ze te vertellen over haar buiktumor, man die er vandoor ging met de werkster en verhoogde gasprijs. Denk na voor je iemand vraagt naar hoe het gaat en of je ook tijd en zin hebt in het antwoord. Alternatieve vragen voor een kort praatje zijn: hoe is je dag vandaag, lekkere dingen heb je in je supermarktwagentje, nog een leuk boek gelezen de laatste tijd?
De angelwingersvraag
Angelwinging wil zeggen dat je iets vraagt 'voor een ander' terwijl je er zelf behoefte aan hebt. 'Voor sommige ouderen hier op de afdeling is het te koud in dit kantoor, kan de verwarming hoger?' Of als je aan je moeder vraagt wat ze wil drinken: 'wat ga jij nemen?' Angelwingers zijn verlegen om eigen gevoelens en wensen goed neer te zetten en gebruiken daarvoor een ander. Angelwingers tackel je door ze aardig doch resoluut te vragen of ze voor zichzelf willen denken en kiezen.
Domme vragen
Vragen die geen vragen zijn, zijn domme vragen. Wees niet vraag-incontinent. Verwarrende communicatie lijkt onschuldig, maar leidt tot verwijdering, afhaken en polarisatie. Het helpt om onderscheid te maken tussen wanneer je echt iets wilt weten en wanneer je behoefte hebt aan zenden. Gebruik vragen zorgvuldig. De energie van de ander om je oprecht antwoord te geven is schaars.